- 2Meaning: aanhoudenaanspreken staande houden tegenhouden vasthouden aanklampen
- 3Meaning: aanklampenaanspreken staande houden tegenhouden vasthouden aanhouden
- 4Meaning: appellerenappelleren aanspreken
- 5Meaning: aanbrekenaanbreken aanspreken
- 6Meaning: noemenaanspreken bestempelen opsommenvernoemen zeggen benoemen
- 7Meaning: bevallenaanspreken aanstaan bekoren